- mariner
- mariner [maarienee]I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 gemarineerd worden ⇒ in de marinade liggen♦voorbeelden:¶ 〈informeel〉 mariner en prison • lang achter de tralies zitten〈figuurlijk〉 elle m'a laissé mariner des heures • ze heeft me uren laten wachtenII 〈overgankelijk werkwoord〉1 marineren ⇒ inmaken, pekelenv1) in de marinade liggen2) marineren, inmaken, pekelen
Dictionnaire français-néerlandais. 2013.